Zorgen over ‘de zuipkeet’: terecht of onterecht?
Een plek om te chillen, feesten en drinken. Voor veel jongeren is ‘de keet’ een belangrijke plek. Maar jongeren onder de 18 kunnen er ook makkelijk aan alcohol komen en daar maken het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP en het Trimbos-Instituut zich zorgen over.
NOS Stories deed een oproep waarop ruim 1.500 jongeren reageerden. Zo’n 1.400 daarvan geven aan weleens naar een keet toe te gaan, van hen bijna 600 minderjarig. Keetbezoekers vinden het vaak een fijne plek. “Leuker dan uitgaan”, zegt een meisje. Keten zijn vaker te vinden op het platteland dan in de stad.
Ruim 260 gemeenten hebben gereageerd op de vragenlijst die de NOS naar alle gemeenten stuurde. Nogal wat van deze gemeenten bleken te worstelen met drankketen. Er zijn er die meer toezicht willen, maar optreden lastig vinden omdat de keten zich bevinden op privéterrein of zelfs op een zolder van een woning. Bron: stap.nl.
Het tegengeluid
Geen regels? Geen controle? En waarom noemen we het een ‘zuipkeet’ en geen ‘jongerenkeet’ of gewoon ‘keet’? Dat zegt Jannyke van Ballegooijen. Zij is projectleider van Plattelandsjongeren Nederland, dat zich bezighoudt met thema’s op het platteland zoals keten. Volgens haar krijgen zestienjarigen in sommige keten zeker alcohol als ze erom vragen. Jannyke: “Er zijn ook altijd jongeren die gewoon hun gang gaan, maar het grootste gedeelte van de jongeren dat in een keet komt, houdt elkaar goed in de gaten. Ze nemen ook echt hun eigen verantwoordelijkheid.”
De beste keet van Nederland
Dat er, volgens Jannyke, wel degelijk omgekeken wordt naar de keten, blijkt uit het project ‘de beste keet van Nederland’ dat Plattelandsjongeren Nederland een aantal jaren draaide. Jannyke: “Dan kwamen keetadviseurs van Plattelandsjongeren Nederland in keten om de keet te keuren. Op onderwerpen als alcohol- en drugsgebruik, EHBO en de regels in de keet. Dat werd heel serieus genomen en daarin hebben we ook gezien dat het grootste deel van de keten het heel goed voor elkaar heeft. Dat de sociale controle hoog is en dat ze ook veel doen voor hun eigen omgeving. En dat stuk hoor je nauwelijks terug”, zegt ze wijzend op het onderzoek van STAP. Bron: rtvoost.nl.