Blogger aan het woord
Nature of Nurture?
Nurture (=omgeving)
Als mijn vader moe thuiskwam van zijn werk begin jaren zeventig, werd er eerst een fles witte wijn ontkurkt. ‘Dat hoor je niet in de kerk’, zei hij dan altijd steevast. Gezellig zaten mijn ouders vervolgens aan de keukentafel om de fles wijn soldaat te maken onderwijl hun dag doornemend en mijn vader rookte daarbij een aantal sigaretten. Er gingen per week zeker 7 flessen wijn doorheen plus een fles cognac of jenever. De jenever of cognac werd meestal, naast de dagelijkse fles wijn, in het weekend gedronken want mijn vader vond dat ie wel wat verdiend had na een week buffelen. Uiteindelijk kreeg hij op 57-jarige leeftijd de rekening gepresenteerd die bestond uit hoge bloeddruk en later drie hartinfarcten, waarvan de laatste fataal was. Mijn moeder kampte vanaf haar zestigste met hoge bloeddruk en kreeg tweemaal in haar leven borstkanker waaraan zij uiteindelijk ook gestorven is.
Ik groeide op in een tijd en omgeving waarin alcohol bij veel mensen dagelijks op het programma stond en vooral op vrijdag als beloning diende als je de hele week hard gestudeerd of gewerkt had. Tijdens onze studietijd wisten mijn man en ik er dan ook wel raad mee. Op vrijdagavond werd er aardig wat naar binnen gekieperd (en gerookt) om vervolgens zaterdagmiddag met een loeiende pijn in je hoofd en misselijk wakker te worden. Getver, dacht je dan als je de moed verzameld had om op te staan en naar de stinkende, overvolle asbakken keek, voorlopig niks meer! Toen ik begin jaren tachtig als beginnend docent op de huishoudschool werkte, werd er zelfs op vrijdag tijdens de lunchpauze een glaasje sherry gedronken zodat je s ’middags min of meer tipsy en jolig voor de klas stond. Het feest werd om vier uur in de middag hervat door een wekelijks vrijdagmiddagborrel. Een aantal leraressen deden in die tijd ook nog de ‘sherrykuur’, een ‘dieet’ om de nodige pondjes te verliezen. ‘Goh’, zeiden ze, ‘Wat ideaal, je hoeft niet eens de vrijdagmiddagborrel over te slaan.’
Of Nature? (=erfelijke aanleg)
Ik was 44 jaar toen ik zelf borstkanker kreeg en aan de oncoloog vroeg: ‘Hoe kan dat nou, ik ben daar toch veel te jong voor?’ De arts wees met zijn duim achter zich naar een poster waar de luchtvervuiling van de randstad in kaart was gebracht. Volgens hem was dat de oorzaak van mijn borstkanker dus daar kon ik zelf weinig aan doen, waren mijn gedachten. Na mijn zestigste kreeg ik weer te maken met kanker en hoge bloeddruk. Tsja, in de eerste instantie knik je heftig van ‘ja’ als artsen aan je vragen of kanker/hoge bloeddruk in de familie voorkomt. Ja, het komt in de familie voor dus wat kan ik daaraan doen? Kortom: Het is makkelijker voor jezelf om te denken dat het een kwestie van erfelijkheid is (daar valt immers weinig aan te doen), dan om je alcoholgedrag te veranderen. Mensen waaronder ikzelf zijn super goed in hun kop in het zand steken.
Ik dank god op mijn knietjes dat ik het geluk heb gehad om tot twee maal toe van kanker te genezen en heb mijzelf daarna een grote spiegel voor gehouden. Alcohol drinken en vele andere slechte gewoonten verzwakken je gezondheid zodat kwaadaardige (kanker)cellen of ziekten eerder de kans krijgen hun kop op te steken. Voor mij moest het roer nu toch echt om! Nature of nurture? Wat maakt het uit? Er is voldoende bewijs gepubliceerd dat ongezonde leefgewoonten waaronder het drinken van alcohol de gezondheid kan schaden. Vandaar mijn 40 dagen geen druppel challenge die er eigenlijk 100 zijn maar daarover meer in mijn volgende blog.
Dit is Tonny
Ik ben 66 jaar oud en in Rotterdam-Zuid opgegroeid als jongste in een gezin van vier kinderen. Mijn vader was metselaar en mijn moeder was huisvrouw. Aan het einde van mijn middelbare school periode, leerde ik mijn man kennen ( 1976) en wij gingen als jong koppel, voor in die tijd nogal ongebruikelijk, samenwonen op een etage in Oud Spangen. Hier hebben wij voornamelijk tijdens onze studie gewoond. Hij als student rechten/geschiedenis en ik als student aan de lerarenopleiding in Delft. Naast een studiebeurs, genereerden wij inkomsten door in de vakantieperioden te werken via een uitzendbureau.
Als beginnend leerkracht begon ik in de jaren tachtig op een huishoudschool in de Afrikaanderbuurt (Rotterdam). Vervolgens zijn wij verhuisd naar een kustplaatsje in Zuid-Holland waar wij zijn getrouwd en twee zonen kregen. In combinatie met de zorg voor het gezin en mijn baan als docent, studeerde ik in de avonduren psychologie aan de Open Universiteit. Ondertussen zocht ik de grenzen van het lesgeven op door docent te worden op een school voor leerlingen met leer- en gedragsproblematiek. Mijn kennis van de studie psychologie combineerde ik met mijn praktijkervaring als docent en ik runde daarna een aantal jaren een test- en adviesbureau. Op grond van intelligentie- en persoonlijkheidstesten voorzag ik middelbare scholen van advies betreffende leerlingen die moeite hadden met leren op school.
Officieel ben ik nu met pensioen maar ik ben van mening dat je al je mogelijke kwaliteiten dient te ontwikkelen in het leven en heb ik me de laatste jaren gebogen over het schrijverschap. Ik heb een vrouwenroman (waarin katers bij de hoofdpersoon beschreven worden!) geschreven die tot mijn verbazing door een uitgeverij de moeite waard werd bevonden om gepubliceerd (2022) te worden en als kers op de taart, later goedgekeurd door het Biblion. Momenteel hou ik mij bezig met het schrijven van een vervolg op het boek.